Uitspraak Rechtbank: Schuld wegens verduistering is verknocht

Man (M) en Vrouw (V) zijn in 2009 in gemeenschap van goederen met elkaar gehuwd. Eind 2011 gaan zij feitelijk uiteen, als M de echtelijke woning verlaat en elders zijn intrek neemt. In 2016 wordt M strafrechtelijk veroordeeld om, wegens verduistering, een bedrag van € 335.000 aan zijn voormalig werkgever te betalen.

In het kader van hun voorgenomen echtscheiding twisten partijen over de vraag of de schuld van M aan zijn voormalig werkgever (ad € 335.000) tot de ontbonden huwelijksgoederengemeenschap behoort. M meent van wel. V stelt dat deze schuld aan M is verknocht in de zin van artikel 1:94 lid 3 BW, nu deze is ontstaan door strafrechtelijke handelen van M en zij daarvan op geen enkele wijze heeft geprofiteerd. V acht het in strijd met de redelijkheid en billijkheid dat zij mede verantwoordelijk zou zijn voor die schuld.


Checklist

“Efficiënt scheiden”

checklist scheiden
In goed overleg scheiden en financiële/fiscale kosten besparen?

Ontvang nu gratis de checklist “Efficiënt scheiden”.

Deze checklist bevat onder andere:

  • 10 pagina’s vol met informatie
  • Compleet stappenplan
  • Extra aandachtspunten

Ontvang de checklist


De rechtbank overweegt als volgt. Vast staat dat M rond kerst 2011 de echtelijke woning heeft verlaten. Sindsdien hebben partijen geen gezamenlijke huishouding meer gevoerd. M heeft verklaard dat hij de gelden van zijn voormalig werkgever in 2014 en 2015 heeft verduisterd en dat hij daarvan rekeningen heeft betaald, onder meer voor de echtelijke woning en zijn woning in Kroatië, waar hij op dat moment verbleef. De rechtbank kan evenwel niet vaststellen of M in die periode de lasten van de echtelijke woning, die in dat geval mede ten behoeve van V zijn betaald, heeft voldaan van de door hem verduisterde gelden, dan wel van zijn reguliere inkomen dat hij destijds nog ontving uit hoofde van zijn dienstverband. Derhalve is naar het oordeel van de rechtbank niet vast komen te staan dat V heeft geprofiteerd van de door M verduisterde gelden. Daarentegen staat wel vast dat M is veroordeeld tot terugbetaling van deze gelden wegens zijn onrechtmatig handelen.

Op grond van deze feiten en omstandigheden oordeelt de rechtbank dat bedoelde schuld aan M is verknocht, welke verknochtheid zich er tegen verzet dat de schuld in de gemeenschap valt. Dit brengt mee dat V niet draagplichtig is voor deze schuld, ook niet ten opzichte van derden, nu de schuld niet tot de gemeenschap behoort.

Rechtbank Amsterdam 12 april 2017, ECLI:NL:RBAMS:2017:2418